In Sevilla zie je veel paardenkoetsen. Deze staan vooral opgesteld bij de kathedraal en in het Maria Luisapark. Een stadsrondrit per koets duurt een half uur tot drie kwartier. De prijzen kunnen per koetsier verschillend zijn. Op rustige dagen is het gemakkelijker onderhandelen dan op de drukke momenten. Op de koelere dagen en avonden hebben de koetsiers meestal dekens bij voor hun passagiers. Hoewel het een erg toeristisch rondritje is die relatief duur is, zijn er voldoende toeristen die er gebruik van maken.

Sevilla barst van de tapasbars, waar je heerlijke Spaanse gerechten kunt eten. Niet gek als je weet dat de tapas oorspronkelijk uit Sevilla komen. Opvallend is dat goed eten in Sevilla gepaard gaat met lage prijzen. Tapas worden aangeboden tegen 40 tot 60 procent van de prijs die je in Nederlandse tapasrestaurants betaalt. Het opmerkelijke verschil is dat je in Sevilla het gevoel hebt dat je eerlijke dagverse producten eet, terwijl in Nederland al snel teruggegrepen wordt naar halffabrikaat of zelfs vooraf ingekochte kant-en-klare tapas. Goed eten gaat in Sevilla gepaard met goede drank. Dat kan een goed glas lokale wijn zijn, maar natuurlijk ook een lekker glas Cruzcampo dat afkomstig is uit Sevilla.

Wie denkt dat tapas in heel Spanje overeenkomen die heeft het mis. Zo zie je op de Canarische Eilanden vooral veel vis op de kaart, krijg je in Barcelona redelijk wat tapas op stukjes stokbrood en staat Baskenland bekend om de pinxtos. In Sevilla zie je best veel vleesgerechten terug op de kaart. Ook wordt paella hier in kleine porties op de kaart gezet als tapa. Een echte lokale specialiteit is ossenstaart. Deze wordt langzaam gegaard waardoor er een lekker stuk zeer mals vlees overblijft aan het bot. Ook kroketten zie je veel op de kaart staan en varkenshaas op allerlei manieren. Onze favoriete variant is met whiskysaus en knoflook. We hebben in Sevilla op verschillende plekken tapas gegeten en zonder enige uitzondering was het allemaal lekker tot ronduit overheerlijk.

Tapas Tour

Een leuke manier om kennis te maken met de tapas van Sevilla is door deel te nemen aan een tapas tour. Tijdens een 2,5 uur durende rondleiding onder begeleiding van een Nederlandse gids ga je tapas proeven bij de beste tapasbars van de stad en leer je alles over deze overheerlijke gerechten.
Bekijk hier de beschikbaarheid en reserveer meteen online.

Sevilla is een stad waar je op de meeste plekken uitstekend kunt fietsen. Op veel plekken die je brede fietspaden, die meestal geasfalteerd zijn. In totaal telt Sevilla ruim 120 kilometer aan verharde fietspaden. Voor toeristen zijn er vier mogelijkheden om een fiets te gebruiken. Sommige accommodaties stellen gratis fietsen ter beschikking aan hun gasten. Kijk goed in de voorwaarden van het hotel of daar leenfietsen bij vermeld worden. Vaak kun je dergelijke gratis fietsen niet vooraf reserveren. Dat is wel iets waar je rekening mee moet houden als je met de fiets Sevilla wilt verkennen. Een tweede mogelijkheid, die steeds minder gebruikt wordt, is om een fiets voor een dag, meerdere dagen of zelfs een week te huren. Door de komst van SEVici in het jaar 2007 is het aantal fietsverhuurders afgenomen in Sevilla.

SEVici is een fietssysteem waarbij je op 250 verschillende fietsstations in Sevilla fietsen mee kunt nemen en terug kunt brengen. Binnen dit systeem worden er 2500 fietsen gebruikt, die gemiddeld per dag zo’n 25.000 keer gebruikt worden. Als toerist kun je alleen gebruik maken van de kortetermijnpas van één week. Net als bij veel andere steden kun je binnen de tijdsduur van je pas onbeperkt fietsen lenen tot een maximale gebruiksduur van 30 minuten per keer. Het is dus de bedoeling dat je de fiets telkens binnen een half uur weer in een station parkeert. Je betaalt dan alleen de kosten van de weekpas en een waarborg voor de fiets.

Een vierde optie om te fietsen in Sevilla is door deel te nemen aan een georganiseerde fietstocht. Dit kan bijvoorbeeld bij Baja Bikes, die fietstochten onder begeleiding van een gids aanbieden.

Een belangrijke straat in het centrum van Sevilla is Avenida de la Constitución. De straat ligt in het historisch centrum, maar bestaat nog niet zolang onder de huidige naam. De inauguratie Avenida de la Constitución vond plaats in het jaar 1915. Voorheen heette de zeshonderd meter lange straat Calle de Génova. Aan de autovrije straat staan een aantal prachtige gebouwen, waaronder de Bank van Spanje dat door de architect Antonio Illanes ontworpen is. Een veel gefotografeerd gebouw is La Adriática, dat een toonbeeld is voor een moderne interpretatie van klassieke stijlelementen uit de historie van Sevilla. Het belangrijkste gebouw langs de Avenida de la Constitución is natuurlijk de Kathedraal van Sevilla. Deze gotische kathedraal behoort tot de belangrijkste bezienswaardigheden van de stad Sevilla.

In de panden aan Avenida de la Constitución zitten vooral veel winkels en wat horecagelegenheden gevestigd. Omdat de tramlijn van Sevilla ook door de brede straat loopt, wordt de Avenida de la Constitución gezien als een belangrijke verbindingsstraat tussen de bezienswaardigheden en het winkelgebied.

Als je een hotel of accommodatie boekt in Sevilla, vergeet dan het ontbijt. Boek het er niet bij, tenzij het altijd automatisch inbegrepen is. Ten eerste is het vrijwel zeker duurder om in het hotel te ontbijten dan elders en ten tweede is de kans ook redelijk dat het minder sfeervol is. Dat komt vooral omdat het eigenlijk zo leuk is om in Sevilla buiten de deur te eten. Voor een paar euro heb je een heerlijke bak verse koffie met een vers belegd broodje. Voor een euro of vijf vind je op veel plekken een zogenaamde ontbijtformule, waarbij je ook nog eens een glas jus d’orange erbij krijgt. Niet alleen steun je op deze manier de lokale ondernemers, ook ontbijt je zoals redelijk at inwoners van Sevilla doen. Je zit dus niet aan het ontbijtbuffet met andere toeristen, maar heerlijk tussen de lokale bewoners van Sevilla.

Wie denkt dat kerstmarkten iets is wat je alleen in Duitsland, België, Nederland en Oostenrijk ziet, die heeft het mis. Ook het katholieke Sevilla doet veel aan kerst en kerstmarkten. Een druk bezochte kerstmarkt is Archivo de Indias. Deze staat opgesteld naast de kathedraal van Sevilla. De dagelijks geopende kerstmarkt begint al in de tweede week van november en duurt tot en met 23 december. Verwacht hier geen mutsen, kaarsen of glühwein. Op deze kerstmarkt worden heel veel verschillende kerststallen verkocht en vooral veel toebehoren, waardoor je je kerststal helemaal kunt personaliseren. ’s Middags is het nog niet zo druk op deze kerstmarkt, maar in de avonduren is het vaak schuifelen geblazen op Archivo de Indias.

Andere kerstmarkten in Sevilla zijn Kerstmarkt Metropol Parasol, Kerstmarkt Alameda de Hercules (erg leuk voor kinderen) en de ambachtsmarkt op Plaza Nueva.

Iglesia Colegial del Divino Salvador, vaak kortweg aangeduid als Iglesia del Salvador, behoort tot de mooiste kerken van Sevilla. De kerk staat op de plek waar in de Romeinse tijd al een basiliek heeft gestaan. Na de Moorse periode, waarbij er op deze plek een moskee heeft gestaan, is men aan het einde van de zeventiende eeuw begonnen met de bouw van Iglesia Colegial del Divino Salvador. De barokke kerk is in de periode 1674-1712 gebouwd. De Verlosserskerk is uiteindelijk een prachtige kerk geworden, waarbij de vergulde houtsnedes in de kerk overweldigend zijn. Eerlijk gezegd vinden wij de Iglesia del Salvador mooier dan de kathedraal van Sevilla.

Flamenco leeft in Sevilla. Deze muziek met bijbehorende dans stamt uit deze regio. Flamenco is in de loop van de tweede helft van de negentiende eeuw ontstaan in Andalusië. Omdat Sevilla de hoofdstad van de regio is, wordt Sevilla automatisch ook de naam ‘hoofdstad van de flamenco’ toegedicht. In Sevilla heb je dan ook veel plekken waar je nog flamencoshows bij kunt wonen. Het zijn vooral toeristen die de flamencoshows bijwonen. Dat kan op verschillende plekken in de stad. Een mooi voorbeeld hiervan is Casa de la Memoria. Hier worden iedere avond flamencoshow gehouden. De toeschouwers zitten aan drie kanten om het podium heen. Er worden twee en soms drie shows per avond gegeven. In de bijbehorende Taberna Flamenca kun je genieten van heerlijke tapas en lokale dranken.

Je kunt kaartjes overdag aan het loket kopen, maar ook vooraf via internet bestellen. Op drukkere dagen is dat zeker aan te raden, omdat de capaciteit beperkt is.

Overdag is Casa de la Memoria ook geopend. Er worden dan geen shows gegeven, maar je kunt het pand wel bezoeken. Overdag doet Casa de la Memoria dienst als een flamencomuseum. De entree is dan gratis.

Volgens ons het Koninklijk Paleis van Sevilla het mooiste gebouw van de stad. Het paleis staat in het centrum van Sevilla, op een steenworp afstand van de Kathedraal van Sevilla. Real Alcázar de Sevilla staat op de plek waar vroeger een Romeins fort gestaan heeft. Het paleis is gebouwd in de tiende eeuw na Christus, waardoor het hoogstwaarschijnlijk het oudste Koninklijke paleis binnen Europa is dat nog als Koninklijk paleis dient doet. Het complex is grotendeels in Moorse stijlen gebouwd. Na het Moorse tijdperk hebben verschillende vorsten aanpassingen en uitbreidingen gedaan aan Real Alcázar de Sevilla, waardoor er ook andere stijlen te zien zijn binnen het complex.

Real Alcázar is geopend voor het publiek. Als bezoeker kun je genieten van de prachtig betegelde ruimtes, de patio’s, de vele bogen en zuilengalerijen die zorgen voor een prachtig geheel. De azulejos zorgen ervoor dat het paleis uniek is in vormgeving.

Vermijd de wachtrijen

Het Alcazar van Sevilla behoort tot de populairste bezienswaardigheden van Andalusië. Het zal dan ook niemand verbazen dat het erg druk kan zijn bij de kassa’s. Wie de wachtrijen wil ontlopen die kan beter vooraf zijn of haar entreetickets kopen. Als je je Alcazar skip-the-line tickets via Ticketbar koopt dan kun je behalve met creditcard ook via iDeal betalen.

Religie speelt een belangrijke rol in het dagelijkse leven van Sevilla. Hoewel Sevilla een aantal eeuwen lang in Moorse handen is geweest, is het het katholieke geloof dat centraal staat in Sevilla. Opvallend is dat de opkomst van het katholicisme een succesvolle periode kende tijdens de periode dat de islamitische Moren aan de macht waren. In de late middeleeuwen werden er meerdere kerken gebouwd in Sevilla. Een aantal hiervan kun je nog steeds bewonderen, zoals de beroemde kathedraal van Sevilla. Het katholieke geloof is ook de basis van een aantal grote feesten en processies in Sevilla.

De allerbelangrijkste feestweek vindt in april plaats. Het is dan tijd voor de heilige week, oftewel de Semana Santa. Het is de week voor pasen, waardoor er geen vaste data zijn. De heilige week valt daardoor ieder jaar op andere data. Semana Santa start op palmzondag tijden de zondagsmis. Dit is het moment dat de eerste processies in Sevilla plaatsvinden. Tijdens de processies gedenken de verschillende broederschappen het overlijden van Jezus Christus. De processietijden verschillen per jaar. Het beste kun je vooraf bij de toeristische dienst informeren wanneer welke processie plaatsvindt. De processies worden altijd via een vaste route uitgevoerd: La Campana ==> Calle Sierpes ==> Plaza de San Francisco ==> Kathedraal van Sevilla. Het is langs de route altijd erg druk.

Plaza del Salvador is een authentiek plein binnen de voetgangerszone van de wijk Alfalfa. Het plein dankt haar naam aan Iglesia Colegial del Divino Salvador, de prachtige barokke kerk die het straatbeeld op het plein grotendeels bepaalt. Het plein herbergt een aantal fraaie gevels. Op het plein staat een monument dat gewijd is aan de Spaanse beeldhouwer Juan Martínez Montañés. Rondom het beeld zie je vaak locals en toeristen zitten, die genieten van de heerlijke sfeer op Plaza del Salvador.

De oude wijk Santa Cruz is de belangrijkste toeristenwijk van Sevilla. Zie dit alsjeblieft niet als iets negatiefs, want de sfeer in de wijk is ondanks de vele toeristen nog redelijk bewaard gebleven. In Barrio de Santa Cruz vind je heerlijke tapasbars, sfeervolle patio’s, leuke winkeltjes, smalle straatjes en pleinen waar de tijd lijkt stilgestaan te hebben. Deze charme heeft een natuurlijke aantrekkingskracht op toeristen. We zouden dan ook zeker aan willen raden om in een hotel in deze wijk te overnachten in plaats van in een sfeerloos groot hotel van grote ketens, die je vooral aan de rand van het centrum ziet.

Van oorsprong is Barrio de Santa Cruz een joodse wijk. Tijdens de middeleeuwen was dit de plek waar de joden massaal gehuisvest werden, toe Sevilla onder de macht van de moslims uitkwam. Nadat de joden in 1492 de stad uitgezet werden kwam de wijk in verval. Pas in de achttiende eeuw onderging de middeleeuwse wijk een grootschalige renovatie. Hierbij werd de voormalige synagoge omgebouwd tot de Bartolomeüs-kerk.

Barrio de Santa Cruz is eigenlijk een labyrint van smalle straatjes. Dat de straten zo smal zijn heeft een praktische reden. Het zorgt ervoor dat de zon amper de straatstenen kan bereiken. In de hete zomers is dit niet onbelangrijk om de leefbaarheid te waarborgen.

In Barrio de Santa Cruz vind je Casa de la Guitara. Dit is één van de betere plekken in Sevilla waar je kunt genieten van flamencoshows. Hier wordt twee keer per dag een show op het kleine podium opgevoerd van zang, dans en gitaarmuziek volgens de flamencotradities. Casa de la Guitara behoort tot de populairste plekken in Andalusië om van flamenco te genieten. De kwaliteit van de shows is van hoog niveau. Het eerste optreden vind plaats van 19:30 tot 20:30 uur. Het tweede optreden duurt van 21:00 tot 22:00 uur.

La Plaza de Toros de la Real Maestranza de Caballería de Sevilla is de grootste en belangrijkste stierenvechtersarena van Spanje. Stierenvechten neemt binnen de cultuur in Sevilla nog steeds een belangrijke plaats in, ondanks de groeiende tegenstand binnen en buiten Spanje van deze vorm van volksvermaak. Tegenstanders van stierenvechten hebben vooral morele problemen met het feit dat de dieren gedood worden ter vermaak van de mensen. Dat het doden van de stieren ook nog eens een extra lange lijdensweg voor het dier betekent is een tweede argument.

Plaza de Toros is een open arena waarvan de bouw maar liefst 120 jaar in beslag genomen heeft. Men begon aan de bouw van La Plaza de Toros de la Real Maestranza de Caballería de Sevilla in 1761 en pas in 1881 was de arena helemaal af. Een derde van de arena was uitgevoerd in hout in plaats van steen. Tussen 1914 en 1915 heeft men het houten deel vervangen door steen. De arena biedt plaats aan ongeveer 13.000 toeschouwers.

Het stierengevechtseizoen start in het voorjaar tijdens de Feria de Abril en duurt tot in september. Omdat dit samenvalt met het warme zomerseizoen is er een duidelijk verschil tussen de prijzen voor plaatsen in de zon en in de schaduw. In de arena kunnen de temperaturen in de zomer oplopen tot ruim boven de veertig graden. In de zon kun je er nog enkele graden bij optellen.

Je hoeft geen stierengevecht bij te wonen om Plaza del Toros te bezoeken. Overdag kun je een rondleiding krijgen. Je bezoekt dan eerst de arena zelf, waarna je de catacomben bezoekt. Hier is het museum gevestigd dat alles laat zien rondom de traditie van het stierenvechten en specifiek het stierenvechten in Sevilla. Tijdens de rondleiding wordt er in het Spaans en Engels uitleg gegeven over wat er allemaal te zien is, over het stierenvechten en over de Plaza de Toros. Houd er rekening mee dat op dagen dat er stierengevechten plaats vinden de rondleidingen eerder stoppen.

Plaza del Triunfo is een plein in Sevilla dat omringd wordt door de drie grote bezienswaardigheden van de stad: Archivo General de Indias, de Kathedraal van Sevilla en Real Alcázar de Sevilla. Alledrie deze bouwwerken staan sinds 1987 op de Werelderfgoedlijst van UNESCO. Het plein is benoemd naar Templete del Triunfo de Nuestra Señora del Patrocinio, een monument dat op het plein staat. Een ander monument op het plein is Monumento a la Inmaculada Concepción. Dit monument gewijd aan de Onbevlekte Ontvangenis stamt uit 1918. Jaarlijks staat op 8 december dit monument centraal in de viering van Día de Inmaculada Concepción.

Een verschijnsel dat we ook elders in Spanje gezien hebben, zie je helaas in Sevilla ook: zigeunervrouwen die je een takje (rozemarijn?) of bloemetje aanbieden. Je ziet ze op toeristische plekken in Sevilla zoals voor de Plaza del Toros, Plaza de Espana en rond de kathedraal. De uitspraak “te lo regalo” (ik geef het je cadeau) of “it’s a gift” of “it’s free” zorgt ervoor dat argeloze toeristen zich toch laten verleiden het takje of bloemetje aan te nemen. Mocht je aarzelen, dan wordt niet zelden je hand vastgegrepen om het takje of bloemetje erin te stoppen. Er ontstaat vervolgens een conversatie tussen de zigeunervrouw en de toerist(en), waarbij het er op lijkt dat ze de toerist(en) de toekomst voorspellen of zoiets via handlezing. Aangezien we zelf niet in dit soort praktijken trappen, hebben we geen idee wat er exact verteld wordt. Vervolgens wordt er om geld gevraagd. Zelfs als je geen geld vraagt, is er een redelijke kans dat er gewoon geld genomen wordt. De vrouwen zijn over het algemeen zeer ervaren zakkenrollers en beroven je waar je bij staat.

Puente de Isabel II is één van de negen bruggen die in Sevilla over de rivier Guadalquivir liggen. De stenen brug was de eerste vaste brug in Sevilla en stamt uit het jaar 1852. Puente de Isabel II verbindt het centrum met de wijk Triana. Vandaar dat de brug ook wel Puente de Triana genoemd wordt.

Mercado de Triana is een overdekte markt in de wijk Triana in Sevilla. De markt is gevestigd in de overblijfselen van Castillo de San Jorge. Het is een voedselmarkt, waar je verse ingrediënten, delicatessen en kant en klare producten kunt kopen. Zoals op zoveel plekken in Sevilla kun je hier natuurlijk ook genieten van een goed glas wijn met tapas. Volgens kenners is dit zelfs een van de betere plekken in Sevilla om tapas te eten.

Als je de Mercado de Triana bezoekt dan moet je vooral je slag slaan bij de drukste kramen. De Sevillanos weten donders goed waar je de beste koop doet als het gaat om de prijs en of kwaliteit. Volg dus goed waar zij kopen. Mercado de Triana is zes dagen per week geopend: van maandag tot en met zaterdag. De markt begint om een uur of 7-8 en duurt tot ongeveer één uur ’s middags.

Sevilla telt veel katholieke kerken. Een mooi exemplaar uit de achttiende eeuw is de barokke kerk Iglesia de Santa María Magdalena, ontworpen door de architect Leonardo de Figueroa. De façade bestaat uit drie portalen. Eentje bevat het sculptuur ‘St’ Dominic’ van Pedro Roldán. Zodra je de kerk binnenstapt wordt je overweldigd door het uitbundige interieur. Opvallend zijn de beschilderde vierkante kolommen.

Een element dat je heel veel in Sevilla zult zien zijn beschilderde tegeltjes. Deze azulejos hebben duidelijke Moorse invloeden en geven Sevilla deels dat eigen gezicht dat de stad heeft. Je ziet deze azulejos op veel verschillende manieren verwerkt zitten in het straatbeeld. De tegeltjes worden onder andere gebruikt om gevels te versieren, om afbeeldingen op gevels (vooral naast deuren) te maken en om complete kamers en andere ruimtes te decoreren. Dit laatste is vooral mooi zichtbaar in Real Alcázar de Sevilla.

Azulejos worden nog steeds in Sevilla zelf gemaakt. Wat je ziet is dat de hedendaagse keramiektegels in een andere stijl gemaakt worden dan ze azulejos die eeuwen geleden in Sevilla vervaardigd werden. Toen hadden de azulejos nog duidelijke Moorse invloeden. De stijl is gedurende de eeuwen langzaam aan veranderd naar een meer eigen, wat kitscherige stijl.

Het Parque de María Luisa is het grootste en bekendste openbare park van de stad Sevilla. Het park is aangelegd op terreinen die vroeger tot het Palacio de San Telmo behoorden. In het jaar 1893 schonk Infanta María Luisa Fernanda de terreinen aan de gemeente Sevilla met als doel om er een openbaar park van te maken. Jean-Claude Nicolas Forestier heeft de taak op zicht genomen om een mooi park aan te leggen. Dat heeft hij succesvol gedaan in de periode 1911 tot 1914. Het park bevat veel elementen die een park aantrekkelijk maken, zoals een grote verscheidenheid aan planten en nomen, waterpartijen, romantische plekjes en dieren zoals eenden, duiven, zwanen en allerlei vogelsoorten. Fraai element in het park is Fuente de los Leones (de Leeuwenfontein). Deze fontein werd aangelegd in 1913.

Vanwege de Iberisch-Amerikaanse Expo van 1929 werden er in de jaren twintig van de vorige eeuw twee prachtige pleinen toegevoegd aan Parque de María Luisa. Het Plaza de España is een plein en gebouw waar Spanje’s industrie en technologie exposities gehouden werden. Aan het Plaza de América staan twee belangrijke musea van Sevilla: het Archeologisch Museum en het Folkloremuseum.

Het Plaza de España is één van onze favoriete plekken in Sevilla. Het halvemaanvormige plein is onderdeel het Parque de María Luisa, het grote openbare park van de stad. Plaza de España is aangelegd in 1928 vanwege de Iberisch-Amerikaanse Expo van 1929 die in Sevilla gehouden werd. De gebouwen die rondom het plein staan weden toen gebruikt voor exposities. Tegenwoordig worden deze gebouwen gebruikt door de overheid.

Plaza de España wordt zowel door toeristen als door locals goed bezocht. Toeristen zie je hier de hele week, locals vooral in het weekeinde en met name op zondag. Men trekt dan met hele families naar het María Luisa en bezoekt dan uiteraard ook dit prachtige plein. Vanaf Plaza de España kun je een rit maken met een paardenkoets, je kunt er in een bootje varen door de kanaaltjes die op het plein aangelegd zijn, je kunt er de witte duiven voeren en je kunt er gaan zitten op de tegelmozaïeken die onderaan de gebouwen aangelegd zijn. Deze mozaïeken vormen zithoekjes die door middel van zogenaamde azulejos gedecoreerd zijn. Deze typische keramiektegels vormen fresco’s die de Spaanse provincies uitbeelden.

In Sevilla staat de grootste kathedraal van Spanje: Catedral de Santa María de la Sede. De gotische kathedraal is zelfs het op twee na grootste gebedshuis ter wereld. Alleen de Sint-Pietersbasiliek in Vaticaanstad en de St. Paul´s Cathedral in Londen zijn groter. Het gebedshuis staat vooral bekend onder de simpele benaming ‘Kathedraal van Sevilla’.

Catedral de Santa María de la Sede is een gotische kathedraal die gebouwd is in de periode 1402 tot 1506. De klokkentoren Giralda is ouder. Deze is tussen 1184 en 1195 gebouwd en was oorspronkelijk een minaret van de toenmalige Moorse moskee die hier stond.

De Kathedraal van Sevilla is een vijfbeukige kathedraal waar een groot aantal kunstwerken te bewonderen is. Indrukwekkend is vooral het centraal geplaatste koor, dat door middel van hekken afgesloten is. Een element dat typisch iets voor Sevilla is, is het sinaasappelhof dat zich binnen het terrein bevindt.

Wie de Kathedraal van Sevilla van Sevilla wil bezoeken die moet er rekening mee houden dat de tijden dat je dat kunt doen vrij beperkt is door de diensten die gehouden worden in het Rooms-katholieke gebedshuis. Zo is de kerk op zondag pas vanaf 14:30 uur geopend voor toeristen die niet voor de mis komen. Als toerist kun je ook het dak van de kathedraal bezoeken. Dat kan alleen op afspraak en onder begeleiding van een gids.