Ongeveer twee kilometer ten zuiden van Ribe, bij het dorpje Lustrup, ligt het VikingeCenter. Dit openluchtmuseum is geopend vanaf begin mei tot de derde week van oktober en laat zien hoe Vikingen vroeger woonden, werkten en leefden. Je ziet een meerdere varianten van traditionele Vikingwoningen, waar je een kijkje kunt nemen hoe de Vikingen vroeger sliepen, kookten en aten. Op de Vikingmarktplaats zie je hoe specifieke sieraden gemaakt worden. Ook heb je de kans om deze sieraden te kopen. Interessanter is de roofvogelshow waarbij getoond en uitgelegd wordt hoe de diverse roofvogels getraind worden voor de jacht. De Vikingen die je op het terrein ziet lopen zijn ingehuurde mensen, die overdag verkleed als Vikingen in dit openluchtmuseum leven. Sommigen doen het als hobby en gaan in hun vrije tijd ook Vikingmarkten en -feesten in binnen- en buitenland af. De jongere “Vikingen” doen het vooral als tijdelijke baan als ze uitgestudeerd zijn en niet direct een geschikte baan kunnen vinden die past bij hun opleiding. Volgens de kenners moet vooral de Vikingemarked (Vikingmarkt) die aan het begin van het seizoen gehouden wordt zeer spectaculair zijn.

Ribe vind haar oorsprong in de tijd van de Vikingen. Dit volk dat haar tijd vroeger ver vooruit was stichtte in het jaar 710 de stad Ribe. Dankzij de goede geografische ligging en de aanwezigheid van de rivier Ribe Vesterå zorgden ervoor dat dit plekje geschikt was als uitvalsbasis voor de Vikingen en als handelscentrum tussen Scandinavië en West-Europa. Eeuwenlang heeft Ribe dankzij de Vikingen een belangrijke rol gespeeld binnen zowel de nationale als internationale handel. Alles over het over de ontwikkeling van Ribe, de rol van Ribe in de Middeleeuwen en de Vikingen vind je terug in het Vikingmuseum dat tegenover het treinstation van Ribe ligt.


Uit eten in Ribe is helaas geen culinair feest. Het aanbod van eetgelegenheden wordt voor de helft gedomineerd door pizza en kebabtenten. De paar gewone restaurants die het stadje wel telt nodigen wat betreft kaart en inrichting niet echt uit. Het eten in restaurant Weis Stue was matig van kwaliteit (de zalmfilet leek wel gefrituurd), het echte dieptepunt vormde restaurant Backhaus waar geen van ons allen het voor elkaar kreeg om het bord leeg te eten. Diepvriesfrites, ranzige lasagne als kindermenu waar ik nog geen hap van zou durven nemen, vette schnitzels en gebakken champignons die alleen wat betreft uiterlijk nog iets leken op hoe een champignon er uit hoort te zien. Wat een contrast met Kopenhagen waar we meerdere keren uitstekend gegeten hebben. Als je in een huisje met kookmogelijkheden verblijft (zoals Ribe Byferie) dan zouden we eigenlijk aan willen raden om zelf te koken of het buiten Ribe (bijv. in Esbjerg) te zoeken als je gezond en smaakvol wilt eten.
Omdat Ribe een kleine stad is (ongeveer achttienduizend inwoners) moet je om te winkelen en een aantal voorzieningen naar het op een half uur rijden gelegen Esbjerg reizen. Hier vind je een sfeervol marktplein met terrasjes, winkelstraten en uitstekende restaurants. Als je er toch bent kun je meteen een bezoek aan het Visserij- en Scheepvaartmuseum meepikken of een rondvaart doen door de haven, die als de belangrijkste haven van Denemarken gezien wordt.
