Het gouden paviljoen

De Kinkaku-ji in Kyoto kan worden beschouwd als een echte zeldzaamheid: in Japan zul je tevergeefs zoeken naar het soort grootse historische gebouwen dat we kennen uit Europa, waar het gebruik van edelmetalen meer toegepast werd. Materialen zoals goud en zilver hebben een vrij kleine rol gespeeld in de Japanse architectuur. Er is echter één grote uitzondering: het gouden paviljoen (kinkaku in het Japans) in de Rokuonji tempel in Kyoto, of beter bekend onder zijn alledaagse naam: Kinkaku-ji, vaak de gouden tempel genoemd.

De eerste steen voor Kinkaku-ji werd gelegd door de shogun Ashikaga Yoshimitsu (1358-1408), de grote beschermheer van de Kitayama-cultuur. Na zijn troonsafstand in 1394 richtte hij zich op de bouw van zijn oude huis. Hiervoor nam hij het paleis van een andere clan over en renoveerde het. Dit werd het Kitayama paleis, waar hij vanaf 1397 het Gouden Paviljoen in de buurt liet bouwen. Na Yoshimitsu’s dood in 1408 werd dit pand op zijn verzoek omgebouwd tot een tempel van de Rinzai-sekte.

Tegenwoordig is het terrein van de Rokuonji tempel tegen betaling te bezoeken, waarbij het gouden paviljoen als het absolute hoogtepunt van de rondwandeling over het terrein beschouwd mag worden. Als je eenmaal de ingang achter je hebt gelaten, duurt het niet lang voordat je het gouden paviljoen ziet. Je kunt het gouden paviljoen alleen van de buitenkant bewonderen en als je dat wilt kun je het, zoals velen doen, vastleggen op foto of video. Het paviljoen is bijzonder bekoorlijk wanneer het rechtstreeks wordt geraakt door de zonnestralen, omdat deze dan worden weerkaatst in de vijver, waaraan het ook zijn naam dankt: kyōkochi, de weerkaatsende vijver.

Tags bij dit artikel: ,


Kyoto

Dit artikel is onderdeel van een pagina over Kyoto op steden.net, waar je veel informatie en tips kunt vinden over Kyoto.
> Kyoto tips en informatie


Alles over Kyoto