Arras: Franse stad met Nederlandse roots
De allereerste keer dat we Arras bezochten was in oktober 2012. We waren op de terugweg van Disneyland Parijs en moesten nog dineren. Omdat het eten langs de Franse snelweg ons niet kan bekoren, reden we een willekeurige stad in. Dat was Arras. We hadden geen idee waar we terecht komen. Wat een aangename verrassing wachtte ons in Arras. Het centrum van Arras is gewoonweg prachtig, wat mede veroorzaakt wordt door de twee belangrijkste pleinen van de stad: Grand Place en Place des Héros. Beide pleinen zien er on-Frans uit, maar doen je direct denken aan de binnensteden zoals je die in België vooral tegenkomt. Je ziet hier gildenhuizen, een belfort en een stadhuis dat je direct doet denken aan de lakenhallen die je in het westelijke deel van België aantreft. Niet raar, want Arras heeft niet altijd bij Frankrijk gehoord. Vlak na de middeleeuwen hoorde Arras, dat toen nog de Nederlandse naam Atrecht had, bij de Nederlanden. Dit stukje van Noord-Frankrijk staat dan ook bekend als de voormalige Franse Nederlanden. Mensen die op school goed opgelet hebben tijdens de geschiedenisles die zullen de naam Atrecht misschien nog wel kennen vanwege de Unie van Atrecht
Tegenwoordig is Arras een kleine stad (nog geen vijftigduizend inwoners) die in de regio Nord-Pas-de-Calais ligt. Voor de meeste Nederlandse toersten is Arras niet meet dan een naam op de wegwijzers langs de snelweg naar Parijs. Jammer, want de binnenstad is het echt waard om ontdekt te worden. Wij zijn na onze eerste verrassende kennismaking in ieder geval wel teruggegaan naar Arras om de stad eens op ons gemak te bezoeken.